Nouvelle Vague (2025)

Nouvelle VagueAls groot (en langdurig) fan van autodidact Richard Linklater was m’n eerste notitie na het zien van deze Godard-Nouvelle Vague-hommage een oorverdovend “wauw wauw en wauw..!“. Waarbij ik direct moet melden, dat ik me tijdens de film (toen ie pas 11 minuten bezig was) al afvroeg of Linklater hier dus een cirkel rond maakt door een film te maken over het maken van dé film (en de man daarachter), die hem als autodidact mogelijk het meest geleerd en/of geïnspireerd heeft. Nu heb ik nog geen interviews (terug)gekeken om te achterhalen of hier waarheid in zit, maar Linklater richtte zelf in de 80’ies de Austin Film Society op, waar hij arthouse-films van de grootste internationale namen (denk Fassbinder, Bresson, Ozu e.v.a.) vertoonde. En laat dat een beetje een vergelijkbare scene zijn als die van het Franse filmtijdschrift Cahiers du Cinema, waar types als Godard, Melville, Truffaut, Chabrol, Rohmer, Rossellini én Bresson de hele dag over film, kunst e.d. ouwehoerden.
Met andere woorden: Nouvelle Vague is onmisbaar, of nee: verplichte kost voor iedereen die écht geïnteresseerd is in deze visuele kunstvorm…

Het verhaal
Weet dus ook, dat als bovenstaande lijstje namen je echt totaal niets zegt, deze zwart-wit-film van Linklater mogelijk niet voor jou is. Daarnaast is de film ook in 1:37×1 Academy format geschoten, en heeft Linklater behoorlijk wat archiefmateriaal gebruikt. Óf hij heeft een mega-dure productie gemaakt, aangezien het Frankrijk van eind jaren 50/begin jaren 60 er geweldig uit ziet. We bevinden ons namelijk in voornamelijk het Parijs van 1959 (met uitstapjes naar Cannes), waar de altijd een zonnebril dragende Jean-Luc Godard (Guillaume Marbeck) maar baalt dat hij als laatste schrijver van filmblad Cahiers (du Cinema) nog geen bijdrage heeft kunnen/mogen leveren aan die nieuwe golf Franse makers, bekend geworden onder de titel van deze film. Iets waar hij met beste vrienden François Truffaut (Adrien Rouyard), Claude Chabrol (Antoine Besson) en Suzanne Schiffman (Jodie Ruth-Forest) nogal doorlopend over praat. Iets dat je wel aan een dialoog-filmmaker als Richard –  Boyhood, Before-trilogie – Linklater kunt overlaten.

Al is dus wel 99,6% van de film Frans gesproken. Iets dat de authenticiteit vergroot, al zorgt de bijna dwangmatigheid waarmee vrijwel elk karakter in de film met naam wordt geïntroduceerd daar nog meer voor. Maar daarmee krijgen we dus wel langzaam een zeer divers beeld van de crew van À Bout de Souffle (a.k.a. Breathless), want na veel ‘arrogant geslijm’ (Godard was nogal overtuigd van z’n regiekwaliteiten, nog voordat ie één lange speelfilm gemaakt had) bij producent De Beauregard (Bruno Dreyfürst) krijgt hij groen licht om z’n droom waar te maken…
Wat volgt – na een leuke verleiding/binnenhalen van acteurs Jean-Paul Belmondo (Aubry Dullin) en de dan al veel te populaire Jean Seberg (Zoey Deutch), zie still hieronder – is een geweldig inkijkje in een zeer belangrijke stroming in de filmgeschiedenis, verteld door iemand die overduidelijk verliefd is op het medium…

Nouvelle Vague-recensie: Linklaters ode aan z'n grote inspiratiebron is een voor cinefielen onvergetelijke ervaring...

Minutieus & marvelous
Normaal begin ik in deze alinea pas met m’n ‘kritiek’, maar ik merkte dat ik die al best wel vermeld heb in de verhaal-alinea’s hierboven. Dat zegt natuurlijk iets over m’n enthousiasme, en ik word alleen maar enthousiaster als ik er langer over nadenk. Dit is nu echt zo’n film die je met je cinefiele filmvrienden kijkt, bijvoorbeeld vóórdat je gezamenlijk aan een (goede) filmquiz gaat meedoen. Nu durf ik m’n hand niet in het vuur te steken dat Linklater echt álle details goed heeft hoor, maar als je zo dwangmatig alle karakters in de film een naam-titel geeft, dan straal je natuurlijk wel wat zelfvertrouwen uit. Daarnaast blijf ik me afvragen hoe deze productie tot stand is gekomen. Waarschijnlijk toch best veel greenscreen-werk, maar ik verbaasde me dus echt meerdere keren hoe alles er best authentiek ’50’ies uit zag. Zoveel zelfs, dat ik graag wil weten of ze hier ook echte beelden gebruikt hebben.
Verder mag je deze film dus best wel in het rijtje met The Dreamers en Á Bout de Souffle zelf zetten, maar denk ook aan films als Hail, Caesar!, Once Upon a Time … in Hollywood, Mank, The Fabelmans e.d.: al dan niet historische films over het medium zelf (en gegarandeerd op m’n top-zoveel-lijstjes aan het eind van het jaar). En dus gemaakt met het inzicht van een insider…

Crew & cast
Een insider die vrijwel al z’n kwaliteiten kon inzetten voor dit project. De rusteloosheid van de (vooral) mannen van Cahiers voelt beetje hetzelfde als het coole enthousiasme in Everybody Wants Some!!, terwijl de scherpte in de dialogen eerder doet terugdenken aan die drie prachtige Ethan Hawke-Julie Delpy-films (Before Sunrise, Before Sunset én Before Midnight). En ook al is het lastig voor te stellen dat Hit Man (met Glen Powell) van dezelfde maker is als deze film, maar ik snap heel goed dat hij dat ‘waargebeurde’ huurmoordenaarsverhaal om deze Nouvelle Vague ‘heen’ maakte, als een soort van heerlijk cool-makkelijke tegenhanger voor z’n droomproject. Al is het lastig om dat woord te gebruiken bij een filmmaker die voor de Before-trilogie telkens negen jaar ‘wachtte’ om het volgende deel te maken, of die één acteur van z’n zesde tot z’n achttiende volgde om daarmee Boyhood te kunnen maken. Met andere woorden: van uitdagend langetermijndenken wordt Linklater ogenschijnlijk alleen maar enthousiaster? Overigens zie ik nu dat Linklater natuurlijk eerder ook al Me and Orson Welles maakte, waarin hij mogelijk een andere filmliefde verbeeldde (toevallig wordt Welles’ Citizen Kane wel genoemd hier). De reden dat ik erachter kwam: het scenario van Nouvelle Vague is geschreven door Vincent Palmo Jr. en Holly Gent, die al sinds Dazed and Confused op één of andere manier bij Linklater-films betrokken zijn (Palmo bij vrijwel allemaal, Gent iets exclusiever). En wat dan crew-technisch niet zo raar is, is dat er ook twee ‘dialoog-schrijvers’ op de loonlijst stonden; Laetitia Masson en Michèle Pétin (als Michèle Halberstadt) waren waarschijnlijk verantwoordelijk voor het ‘verFransen’ van Linklaters scenario…
Wat me net opviel, toen ik de cast-lijst van deze film doornam, is dat bijna alle acteurs zelf ook hele andere functies op filmsets bekleed hebben. De meesten lijken meer ervaring rondom dan vóór de camera te hebben, wat vooral lijkt te betekenen dat Linklater in de Franse ‘cinéma indépèndent‘-scene heeft gezocht. De enige acteur die mij bekend was, was Zoey Deutch, die dus de Amerikaanse Seberg speelt. En hoe vet is het, dat ze hier wel totaal anders speelde dan hoe mijn (ik geef toe: zeer beperkte) kijk op haar was. Ik kende haar vooral van ’tutjes-rollen’ (met een beetje een Kleine Huis op de Prairie (tv)-vibe), al was ze dus ook te zien als vrouw van Nicolas Hoult in Eastwoods Juror #2

Final credits
Nouvelle VagueJa, zoals ik wel vaker wil/kan stellen met Linklater-films: dit is een must-see winner voor iedere cinefiel, want Linklater zelf is zo’n enthousiaste filmnerd, dat ik verwacht dat hier voor iedereen met een ‘echte’ liefde voor deze kunstvorm iets persoonlijk unieks uit te halen is. Juist omdat er zoveel details in verwerkt zijn…
Wat mij wederom een glimlach op m’n mond tovert, is vooral hoe Linklater mij een cinema-geschiedenis laat herinneren waar ik zelf ook nooit bij was, maar waarvan ik – door het zien van Godards klassieker zo’n 20 jaar geleden – nog altijd die “New York Herald Tribune!!!“-schreeuw van Seberg herinner, wat de gedachten in mijn hoofd weer doen afdwalen naar Bertolucci’s The Dreamers, waarin juist het Amerikaanse cultuurimperialisme een thema was. En dan maakt een Amerikaanse Texaan juist dáár nu een geweldige film over..? Van al dit soort ’tegenstrijdige’ feitjes word je toch knettergek, als je de wereld het liefste zwart-wit bekijkt?
En precies dáár smul ik juist van, zeker als het dan ook nog in zo’n prachtige filmcontext is gezet…

IMDb: https://www.imdb.com/title/tt31688586