F1: The Movie (2025)
Ik verwacht dat sport-puristen (waaronder Max Verstappen zelf) wel wat aan te merken hebben op het getoonde realisme in Joseph Kosinski’s F1-film, want op de momenten dat er gekozen ‘moest’ worden, kozen de makers voor drama boven geloofwaardigheid. En hoe dat uiteindelijk uitpakt voor het succes van deze film, dat durf ik niet te voorspellen. Formule 1-fans vormen volgens mij een kleinere doelgroep dan die van sportdrama’s, dus ik begrijp Kosinski’s keuzes ergens wel.
En dat drama werkte ook best goed, ondanks dat ik door de Griekse ondertiteling – in combinatie met de wat ‘race-erige’ geluidsmix – niet 100% van de dialogen kon volgen…
Het verhaal
Openend met een terugkerende droom zien we hoe de ‘veteraan-coureur’ Sonny Hayes (Brad Pitt) ooit uit de koningsklasse van de autosport verdween na een heftig ongeval. Maar dat heeft hem er niet van weerhouden om nog altijd in werkelijk álles te racen dat vier wielen heeft. Hij rijdt de hele wereld rond in z’n verhoogde camper, waarin hij ook leeft. Maar zoals het een Brad Pitt-karakter betaamt is hij natuurlijk gruwelijk goed in zo’n beetje elke tak van autosport. Nu wordt wijselijk z’n leeftijd nergens genoemd (toch?), maar gedurende de film hoor je wel dat hij nog geracet heeft met Michael Schumacher en Ayrton Senna (die in 1994 (!) overleed), dus hij moet zeker 50+ zijn. Je moet daarom nogal wat disbelief suspend‘en, als z’n voormalig ploegmaat en inmiddels team-eigenaar Ruben Cervantes (Javier – No Country for Old Men, Skyfall – Bardem) hem weet op te sporen en vertelt in Sonny z’n laatste hoop te zien om z’n F1-team te redden.
Behoorlijk ongeloofwaardig heeft dat team namelijk een Grand Prix-overwinning nodig om voort te blijven bestaan (ongeloofwaardig omdat zoiets in real life never met een team als Sauber of Alpine zou kunnen), en hun nummer 1-coureur Joshua Pearce (Damson – Snowfall (tv), Black Mirror (tv) – Idris) heeft zeker wel het talent, maar dat wordt nogal overwoekerd door een toxische mix van arrogantie, onervarenheid en het sterk aanwezig willen zijn op social media.
Inderdaad: de perfecte tegenhanger van zo’n ouwe rot als Hayes, die het van het harde werken moet hebben. En van het strategische inzicht, waarmee Hayes de eerste vrouwelijke technical director Kate McKenna (Kerry – The Banshees of Inisherin – Condon) steeds meer weet te imponeren. De strijd tussen de twee kemphanen vormt natuurlijk het gegeven waaraan de spanning in het verhaal wordt opgehangen, waarbij sommige beslissingen van de makers af en toe wat aan het randje van ‘was dat de slimste keuze?‘ bungelen…
Vermakelijk tussendoortje
Nu denk ik niet dat de mega-commerciële organisatie achter de Formule 1, die vrijwel volledige medewerking heeft verleend aan deze film, “tussendoortje” als kritiekpunt zal willen horen, maar als ik de film té serieus ga behandelen – zoals ik hierboven in de verhaal-alinea trachtte te doen – dan voel ik wel een ‘wees niet te kritisch want dan vind je ook wel wat kritiek hoor!’-gedachte opkomen. Vandaar dat ik “tussendoortje” wél gebruik, om jou niet te laten denken dat je hier naar het beste sportdrama van dit decennium kijkt. Maar ja, dat is ergens ook wel weer een lichte sneer naar de film, die ik dus zeker wel meer dan vermakelijk en ook zeker de moeite waard vond. De adrenaline spoot best wel door m’n aderen bij het verlaten van de zaal, en de marketeers kunnen ook echt wel stellen dat je echt ín een F1-auto plaatsneemt tijdens de film. Hierbij is het ‘probleem’ echter: tijdens een échte F1-race zijn de onboard-camera’s inmiddels zo goed ontwikkeld, dat racefans die beleving al een aantal jaren kunnen ervaren ‘in het echt’.
Cast & crew
Net zoals in (vooral het eindgevecht van) Once Upon a Time … in Hollywood excelleert Pitt in films waarin hij de coole underdog kan spelen. De sterrenstatus spuit uit al z’n poriën, dus als zo iemand dan wat terughoudend neergezet wordt, dan ‘wil’ je gewoon dat het een keer uitbarst. En dat gebeurt hier ook wel aardig gespreid. De manier waarop Pitt laid back cool kan spelen, daar zal waarschijnlijk 99% van mannelijk Hollywood jaloers op zijn. Idris was mij een totaal onbekende, maar hij houdt aardig stand tegenover Pitt. Gelukkig voor hem zou eventueel iets ‘minder’ acteerwerk ook wel bij z’n karakter kunnen passen, want dat kan dan onder de noemer ‘ruwe diamant’ geschaard worden. Condons rol zal bij sommigen wat wenkbrauwen doen fronzen, verwacht ik. Niet vanwege haar acteren overigens, maar omdat ze een stoere vrouw speelt die misschien toch ook wel weer voor mannelijke charmes ‘moet’ vallen. Is dat bedoeld om wat meer ‘conservatieve romcom-kijkers’ te pleasen? Het maakt haar onafhankelijke karakter niet echt sterker, maar ik snap dat de makers hierin een afweging hebben moeten maken. Verder valt het natuurlijk op hoeveel echte F1-coureurs in de film zitten (van Max tot (mede-producent) Lewis Hamilton; zie ook still hierboven), die echter niet hoeven te acteren. Enigen die wel een ‘rolletje’ hebben – en daarin beiden niet uitblinken – zijn voormalig Haas-baas Günther Steiner en Mercedes-baas Toto Wolff. Daarin zie je toch wel dat acteren een vak is, hoe uitermate kort hun bijna-cameo’s ook zijn.
Joseph Kosinski lijkt een safe bet voor grote Hollywood-producties, maar niet al z’n projecten zijn succesvol. Met Tron: Legacy en Oblivion koos hij initieel voor sciencefiction, waarna hij met Only the Brave de meer realistische kant op ging. Top Gun: Maverick was bij het grote publiek een groter succes dan bij mij, terwijl Netfix-film Spiderhead zo ‘streamingdienst-tegenvallend’ bleek, dat ik me die film nog maar amper kan herinneren. Hij nam overigens z’n Maverick-scenarist Ehren Kruger mee naar deze film, maar Kruger (die veel Transformers-sequels schreef) lijkt in 1999 al met Arlington Road gepiekt te hebben. Okay, de Amerikaanse The Ring was ook goed creepy, maar voor dat scenario hoefde hij natuurlijk niet zoveel ‘bij’ te verzinnen…
Final credits
En kijk, daar ga ik weer: zodra ik echt wat specifieker word (zowel bij de verhaal-alinea’s als bij bovenstaande crew-stukje), begint m’n kritiek weer wat aan te zwellen. Nu vind ik het persoonlijk wat overdreven hoe Max Verstappen de grootse première in New York (volgens mij als enige huidige F1-coureur) bewust oversloeg, maar als dat komt doordat hij liever bij z’n pas-eerstgeborene was, dan begrijp ik dat ook wel weer. De adrenalinestoot die deze film mij gaf, die is voor hem natuurlijk bijna wekelijkse kost, dus voor de sensatie kan hij gewoon naar z’n werk…