American Fiction (2023)

American FictionWat is het toch fijn om nog geen kwartier in een film al te wéten dat je hem gruwelijk goed gaat vinden. En dat je dan dus nog zeker anderhalf uur mag genieten van de scherpe blik van een debuterend regisseur. Als je dan leest dat hij wel aan de Watchmen-serie geschreven heeft (de serie die mij ook over Black Wall Street in Tulsa leerde, iets dat in mijn (witte?) geschiedenislessen niet onderwezen werd), dan begrijp je wel dat ik hem wil vergelijken met Sorry to Bother You’s Boots Riley. Al komt Riley overduidelijk uit de activistische wereld, terwijl Cord Jefferson een stuk subtieler is. Waarbij hij in Jeffrey – Asteroid City, Westworld (tv) – Wright ook wel de perfecte acteur gevonden heeft voor de hoofdrol.
Al is Wright niet de enige acteur hier die een Oscarnominatie voor z’n rol kreeg, terwijl de film er in totaal maar liefst vijf mocht ontvangen..!

Het verhaal
Thelonious ‘Monk’ Ellison (Wright) in een behoorlijk elitair schrijver die logischerwijs daarom ook als literatuurprofessor werkt op een Amerikaanse universiteit. Als hij na een iets te scherpe discussie over rassenongelijkheid lichtelijk gecanceld wordt door het universiteitsbestuur, vertrekt hij voor een soort sabbatical terug naar z’n geboortegrond Boston. Zijn moeder Agnes (Leslie – Wade’s ‘Blind Al‘-buurvouw (?) in Deadpool – Uggams) vertoont de eerste tekenen van Alzheimer, maar ondanks z’n weerstand om überhaupt terug naar huis te gaan (daar zit ergens wat onverwerkte pijn), weet ie direct weer te bonden met z’n zus Lisa (Tracee – Black-ish (tv), Candy Cane Lane – Ellis Ross). Die mooie relatie wordt echter abrupt verstoord door Lisa’s hartaanval, waarna Monk ineens de zorgtaak over z’n aftakelende moeder op zich móet nemen. Mede omdat z’n broer Cliff (Sterling K. – Black Panther, Waves, This is Us (tv) – Brown) de pijn van het niet-geaccepteerd worden als homoseksueel, onder andere door z’n eigen moeder, nog stevig aan het wegsnuiven en -wippen is.

Ondertussen weten wij als kijkers al dat de titel verklaard zal gaan worden met die parallel-lopende verhaallijn, waarin Monk van z’n agent Arthur (John – Silver Linings Playbook, Ad Astra – Ortiz) te horen heeft gekregen dat z’n nieuwe manuscript ‘niet zwart genoeg’ is. Iets waardoor Monk al z’n Weltschmertz en frustraties eruit wil knallen, want hij gruwelt bijvoorbeeld enorm van hét populairste zwarte boek van dat moment getiteld We’s Lives in Da Ghetto. Hierin vent de zelf zwarte schrijver Sintara Golden (Issa – Barbie, Vengeance – Rae) werkelijk alle stereotypes over African Americans ogenschijnlijk ongegeneerd uit, en met succes.
In een dronken moment/nacht van frustratie besluit Monk om onder een nogal fout pseudoniem ook zo’n super-stereotype boek getiteld My Pafology te schrijven, en dat dan als geintje door Arthur naar tal van uitgevers te laten sturen. Maar wat blijkt: de uitsluitend witte liberal uitgevers vreten het boek als super-authentiek met kaft en al op. Als er ook direct een Hollywood-studio geïnteresseerd is om de filmrechten te kopen (zie still hieronder), besluit Monk er nog een schepje bovenop te doen. Hij eist dat de titel wordt veranderd in Fuck, wetende dat dát dan toch wel een stap te ver zal gaan. Maar niks daarvan, waarna Monk zich zowel zakelijk als privé steeds meer in de nesten voelt zakken…

American Fiction-recensie: heerlijke satire over 'What's hip', en hoe zwarte Amerikanen zich bijna letterlijk moeten 'invechten' in de literaire wereld...

Herkenbaar cynisme & vette in-your-face mediakritiek
Wat films als American Fiction (voor mij althans) extra goed maakt, is dat ik Monks cynisme over de onechtheid van media (en de populaire cultuur an sich) misschien wel iets te goed voelde. Als in: het is een bijna dagelijkse taak om niet te vervallen in cynisme over de staat van ons land, de politiek of media. Dus daarin is het karakter Monk ontzettend goed geschreven en gezet. Waarbij ik het ook wel verfrissend vond dat de hypocrisie van sommige white liberals (waar ik me nog altijd liever mee identificeer dan met white conservatives, al is het loslaten van enige identificatie misschien wel gezonder?) keihard onderuit geschoffeld wordt. Ook al zullen die genoemde conservatieven dit wel weer als argument kunnen gebruiken in hun identiteitsstrijd, maar soit. Hopelijk is het absurdisme waarmee de uitgevers en hun selectiecriteria worden neergezet zó over the top, dat iedereen het zware sarcasme hierachter wel zal oppikken. Althans, dat hoop ik. Maar deze film is ook weer zo goed, juist door ook op dat vlak op het gevoelige randje te durven balanceren. Waarachter natuurlijk een scherpe kritiek zit op media en hoe zwarte cultuur mogelijk alleen/vooral binnen ‘witte regels’ succesvol kan zijn. Want uiteindelijk zijn de mensen – die van ‘woke‘ een makkelijk ‘doelwit’ hebben gemaakt voor de ‘Trumpies’; de zogenaamde ‘Limousine liberals‘: rijke liberale Amerikanen – ook degenen die nogal een stevig vinger in de elitaire cultuurpap hebben. Wat ik hiermee overigens vooral wil zeggen: als er überhaupt twee kanten zijn (ik wil geen strijd aanwakkeren, hoe hard ik de neiging om tegen Trumpies in te gaan ook niet altijd tegen kan houden), dan kunnen beide kanten hun issues wel kwijt bij deze film. Waardoor ik het dus ook behoorlijk raar vind dat ik deze film in mijn lokale filmhuizen niet kan zien, maar wel al via Amazon Prime kon kijken…

Cast & crew
Ik kan me volgens mij niet echt een mindere rol van Wright herinneren. En al was ik tijdens zijn doorbraakfilm (als Jean Michel Basquiat in Julian Schnabels Basquiat) nog lang niet zo’n kritische kijker als nu, ik herinner me die film uit 1996 wel bovengemiddeld goed. Waarschijnlijk dus mede omdat hij die titelrol zo goed neerzette (best een film die een rewatch verdient overigens). Nu kan ik al z’n films sindsdien wel gaan opnoemen, maar als American Fiction één ding niet nodig heeft, dan is het wel content-vullende namedropping. Wat ik vooral wil zeggen: het feit dat ik licht verontrust raakte dat ik Monks cynisme zo goed meevoelde, dat komt natuurlijk wel doordat Wright ‘onvermogen’, frustratie en charisma enorm goed weet te combineren. En dat leverde hem dus een Oscarnominatie op. Net als Sterling K. Brown, wiens duidelijk op pijn gebaseerde uitspattingen in de film nog altijd strak op m’n netvlies staan (ik wilde bijna zijn vuist richting het hoofd van die mega-irritante buurman dirigeren, tijdens die as-uitstrooi-strandscène in de film). Nu gaan ze allebei zeer waarschijnlijk niet winnen, maar het toont vooral ook hoe goed Cord Jeffersons acteerregie was. Want eigenlijk voel je bij elk karakter wel hoe ‘menselijk’ en/of goed uitgewerkt ze zijn.
Sowieso is Jefferson, die hier dus z’n speelfilmdebuut maakt en daarvoor direct een Beste Aangepaste Scenario- én Beste Film-nominatie (als debuterend filmproducent!!) mocht ontvangen, een interessante nieuwe naam om te volgen. Hopelijk heeft ie Hollywood niet té veel te kakken gezet met z’n vlijmscherpe kritiek op hoe ook Hollywood met zwarte verhalen omgaat, maar als ik terugdenk aan die blik van verstandhouding tussen Monk en die zwarte plantage-acteur aan het eind: daarin weet ie de essentie van z’n film misschien wel perfect samen te vatten…

Final credits
American FictionJa, en daardoor is dit zo’n film die waarschijnlijk nóg beter wordt, als ik er nog langer over zou schrijven. Ook al vond ik de vele switches aan het einde wel ietwat tricky, storytelling-technisch gezien. Maar waar dat in een film als Madame Web ervoor zorgde dat ik die film met plezier weer zo snel mogelijk vergeet, daar weet Jefferson dat hier uiteindelijk compleet goed te maken…
Sorry als dit wat vaag klinkt, maar je zult me beter begrijpen als je de film gezien hebt. Want dat raad ik je ten zeerste aan: check deze film, die naast megascherp ook gewoon ‘leuk’ en hilarisch is hoor, zo snel mogelijk. En dat kan nu dus ook al direct vanaf je luie bank thuis…

IMDb: https://www.imdb.com/title/tt23561236